zaterdag 30 maart 2019

Nasi goreng

Deze nasi goreng is gemaakt met basmatirijst. Basmatirijst is een langkorrelige rijst, oorspronkelijk afkomstig uit India of Pakistan. Basmatirijst heeft na het koken een mooie droge korrel en is daardoor dus zeker geschikt voor nasi goreng.

De basmatirijst kook je vooraf en laat je eerst goed afkoelen alvorens met het bakken van de rijst te beginnen. Van warme rijst kun je geen nasi goreng maken, dit gaat namelijk plakken als je de nasi gaat bakken.


Ingrediënten voor 4-5 personen:
  • 500 gram langkorrelige rijst (b.v. basmati)
  • 2 kippenbouillontabletten
  • 1 eetlepel roomboter
  • 4 eieren
  • peper en zout
  • 2 eetlepels zonnebloemolie of wokolie
  • 1 theelepel laos
  • 1 theelepel djinten (komijn)
  • 1 theelepel ketoembar (koriander)
  • 1 theelepel djahé (gember)
  • 1 theelepel kippenbouillonpoeder
  • 1 Spaanse rode peper, fijngehakt (zonder zaadlijsten en zaadjes)
  • 1 bos lente-uitjes, in fijne ringetjes
  • 1 prei, in dunne ringen
  • 200 gram Chinese kool of spitskool, dunne reepjes
  • 150 gram kip-of hamreepjes

Bereiding:
Rijst:
We beginnen met het koken van de rijst. Let op: sommige soorten rijst moet je eerst wassen voor je ze gaat koken (dit staat op de verpakking).
Vul een grote pan met water samen met de kippenbouillontabletten en kook de rijst volgens de aanwijzingen op de verpakking. Giet de rijst af en laat de rijst eerst afkoelen!
Roereieren:
Breek de eieren in een kom en klop ze los. Breng op smaak met peper en zout. Verhit een klont boter in een koekenpan. Giet de geklutste eieren in de koekenpan en laat de eiermassa eerst een beetje stollen. Daarna roer je met een spatel door de eiermassa tot deze luchtig is, de juiste dikte heeft en er stukjes ontstaan. Nu is je roerei klaar en zet je deze apart.
Groenten/kruiden:
Verhit de zonnebloem- of wokolie in een grote koekenpan of wok. Bak hierin de laos, djinten, ketoembar, djahé, kippenbouillonpoeder en rode peper even aan. Voeg dan de prei en lente-uitjes toe gevold door de Chinese kool of spitskool en bak de groenten even mee. Voeg dan de koude rijst in kleine porties toe en roerbak op hoog vuur. Als laatste de kip- of hamreepjes en de roerei toevoegen en nog even meebakken.

Eet smakelijk!

Tip: Lekker met kippendijsaté en atjar ketimoen



Kippendijsaté

Voor de saté heb ik kippendijfilets gebruikt. Kippendijfilets zijn qua smaak lekkerder dan kipfilet. Daarnaast zijn ze ook nog eens malser en goedkoper dan kipfilet. De kippendijfilets heb ik eerst een nacht laten marineren in de koelkast, zodat de smaak goed ingetrokken was.



Ingrediënten voor ca. 4 personen:
  • 600 gram kippendijfilets, in blokjes
  • satéstokjes
Marinade:
  • 2 teentjes knoflook, fijngehakt
  • 2 eetlepels plantaardige (wok)olie
  • 2 eetlepels ketjap manis
  • 1 eetlepel citroensap
  • 1 eetlepel sesamolie
  • 1 theelepel zout
  • 2 theelepels djahé (gemberpoeder)
  • 2 theelepels djintan (komijnpoeder)
  • 1 theelepel ketoembar (korianderpoeder)
  • 2 theelepels sambal

Bereiding:
Een dag van tevoren beginnen we met het marineren van de kippendijsaté. 
Snijd de kippendijfilets in blokjes van circa 3x3 centimeter. Pel en hak de knoflook fijn. Meng nu alle ingrediënten voor de marinade goed door elkaar in een grote kom. Doe de blokjes kippendijfilet erbij en vermeng goed met de marinade. Laat minimaal 12 uur in de koelkast marineren en rijg de blokjes na het marineren op de stokjes.
Verhit een grillpan en rooster de kipsaté in ca. 10 minuten goudbruin en gaar. Draai de kipsaté regelmatig om, zodat beide zijden egaal bruin kleuren.

Eet smakelijk! 

Tip: lekker met nasi goreng en atjar ketimoen.

zondag 3 maart 2019

Atjar ketimoen

Atjar ketimoen is Indisch zoetzuur met komkommer, sjalot en rode peper. Je kan het vergelijken met zoetzure augurken, maar dan net even anders. Sinds ik dit bijgerecht heb leren kennen, eten wij het altijd met nasi goreng en kippendijsaté. Heerlijk! 




Ingrediënten voor een grote pot:
  • 2 komkommers
  • 1 rode peper 
  • 2 sjalotjes
  • 200 ml natuurazijn (blank)
  • 6 eetlepels palmsuiker (of donkerbruine suiker)
  • 1 plakje gember van ca. 1 cm (of 1 theelepel gemberpoeder),

Bereiding: 
Snijd de komkommers in de lengte doormidden en verwijder de zaadlijsten (dit gaat heel gemakkelijk met een meloenbolletjeslepel). Snijd de komkommers vervolgens in halve maantjes van ongeveer een halve centimeter dikte. Pel de sjalotjes en snijd ze in halve of kwart ringetjes. Rol de rode peper even tussen je handen en snij het kopje eraf. De zaadjes vallen nu uit de peper. Snij de peper in de lengte doormidden en verwijder de zaadlijsten. Hak de peper fijn. Hou je van heel pittig, dan zou ik zowel de zaadjes als de zaadlijsten gewoon laten zitten.
Schenk de natuurazijn in een pannetje brengt het geheel samen met de suiker en de gember (djahé) aan de kook. Zet het vuur helemaal laag en laat nog even pruttelen tot de suiker opgelost is. Schenk het geheel in een grote kom, verwijder het stukje gember en voeg de komkommerstukjes, sjalot en rode peper toe. Even goed mengen en afgedekt af laten koelen in de koelkast. Na ca. 4 uur is het klaar voor gebruik.

Eet smakelijk!